Na de onafhankelijkheid van België werd Nederland midden 19e eeuw geconfronteerd met de vraag hoe zich voortaan als kleine Europese staat te verdedigen. Waar moesten verdedigingslinies worden aangelegd en hoe moest het veldleger positie nemen? In zijn artikel "De Nieuwe Hollandse Waterlinie in Bussum: Fort Werk IV" schrijft dhr. H.J. van Welsen over deze vragen en besteedt zodoende aandacht aan een heel bijzonder fort voor Nederlandse begrippen.
Zelf schrijft Van Welsen o.a.: Als gevolg van de Belgische Afscheiding viel Nederland terug van een middelgrote Europese staat tot een klein landje. In plaats van tegen een eventueel Frans revanchisme gerichte bufferstaat waarvan de integriteit gewaarborgd zou zijn door de grote Europese mogendheden, het kleine Nederland het stellen zonder de bescherming van Engeland c.s. [...] Vanaf 1840 ontwikkelde zich daarom een militair-politieke discussie die het eind van de eeuw duurde. Eén der hoofdaspecten was de vraag, of het land zo dicht mogelijk langs grenzen moest worden verdedigd met behulp van daar gelegen vestingen - of dat besloten moest worden tot een zogenaamde gecentreerde verdediging.
En over het fort te Bussum: Door de combinatie van droge gracht met een gecreneleerde muur is Werk IV voor ons land uniek: het is het enige fort in ons land in een dergelijke uitvoering. De muur liep rondom het fort en was aan de keelzijde onderbroken door een houten poort. Het achterste deel van de muur en de poort zijn echter gesloopt.
Wie meer over Werk IV wil lezen kan terecht op de volgende weblink: Historische Kring Bussum.
Afbeelding van Werk IV 'Het offensief van Naarden' (Stichting Menno van Coehoorn)