Het water is in de geschiedenis van Nederland niet alleen een vijand geweest, maar ook een welkome vriend bij de verdediging van het land.
Hoogste tijd dus om in breder verband de achtergronden te schetsen van het fenomeen waterlinies. Dat doen we aan de hand van een artikel van dhr. J.P.C.M. van Hoof, lid overigens van onze vereniging, welke hij publiceerde in 1988 in het tijdschrift Low Countries Historical Review: Met een vijand als bondgenoot. De rol van het water bij de verdediging van het Nederlandse grondgebied tegen een aanval over land.
Van Hoof schrijft ter inleiding onder andere: "Wanneer precies de gedachte is ontstaan om bij de verdediging van het Nederlandse grondgebied het water in te schakelen, is niet nauwkeurig vast te stellen. Het ligt echter voor de hand te veronderstellen dat de eerste ideeën hieromtrent ontstonden in het begin van de opstand tegen Spanje, toen bleek dat door het laten onderstromen van stukken land de vijand uit een bepaald gebied verdreven kon worden. Het mislukte Spaanse beleg van Alkmaar in 1573 en het ontzet van Leiden in 1574 dringen zich hierbij meteen als voorbeeld op. Pas honderd jaar later is er in ons land voor het eerst sprake van een systeem waarmee op elk gewenst moment terreinen onder water konden worden gezet met het doel het achterliggende territoir voor een inval te behoeden. Het stellen van inundaties is echter maar één aspect van de rol die het water binnen de Nederlandse defensie heeft gespeeld."
"In dit verband valt onder andere ook te denken aan de plaats die de grote rivieren hebben ingenomen. Aan de functie die het water bij de verdediging van ons land kreeg toebedeeld, zaten echter zowel positieve als negatieve kanten. In het hierna volgende wil ik op een aantal daarvan wat verder ingaan. Ik wil dit doen aan de hand van een algemene beschouwing over de factoren van fysisch-geografische aard die bepalend kunnen zijn bij de verdediging van een bepaald gebied en daarbij bekijken welke rol het water daarbij kan spelen."